Het jaar 2000, 21 jaar geleden
Linn: “21 jaar geleden was ik 10 jaar oud. Ik zat op een kleine basisschool en hoewel ik leren leuk vond, keek ik het meest uit naar de pauzes. Buitenspelen, tikkertje doen of de vloer is lava. Maar halverwege het schooljaar werd het klimrek gesloopt. Het was waarschijnlijk te oud en daarom niet meer veilig. De hele klas vond het verschrikkelijk. Gelukkig mochten we wel meedenken over het nieuwe speeltoestel. Terugdenkend was dat mijn allereerste participatieproces. Ik maakte er ook echt werk van, niet alleen inhoudelijk: het moest vooral een soort groot fort worden, maar ook betreft het proces: werd onze input wel echt gebruikt? Dat was toentertijd een groot schurend vraagstuk. Nu moet ik er om lachen. Wat deed jij eigenlijk in dat jaar, Henk?”
Henk: “In 2000 was ik 30. Ik werkte toen als communicatieadviseur bij de Stuurgroep Experimenten Volkshuisvesting, een kennisinstelling van het ministerie die vernieuwing in de volkshuisvesting aanjoeg. Daar hield ik mij bezig kennisoverdracht over duurzaam bouwen en duurzame stedenbouw. Hoe zorg je ervoor dat projectontwikkelaars, aannemers en bouwers duurzame materialen en technieken standaard gaan toepassen? Dat lieten we zien met tientallen inspirerende bouwprojecten die het goede voorbeeld gaven. Over klimaat ging het toen nog niet. Wel over energiebesparing en herbruikbare materialen. Wat toen nog nieuw en innovatief was, is nu de standaard voor de bouw. Eigenlijk best mooi om te zien hoe je als communicatieadviseur kunt bijdragen aan zo’n belangrijke maatschappelijke opgave.”
Nu
Linn: “Tegenwoordig houden grootse zaken als het klimaat, de politiek, de pandemie en de kloof tussen rijk en arm mij veel bezig. En misschien wat kleiner, maar gevoelsmatig toch ook groot: tevredenheid. Tevreden zijn met wat je hebt in plaats van altijd meer, beter, groter willen. Dat vind ik lastig en het besef van onze luxeproblemen schuurt regelmatig. Vooral de gedachte: ‘waar maak ik me nu eigenlijk druk om?’ De pandemie heeft voor een enorme omzetstijging van woonwinkels gezorgd. Als we het een niet meer kunnen, gaan we het andere aanpakken. Mijn vriend en ik zaten onszelf ook helemaal te verlekkeren op een aanbouw, nieuwe keuken, andere bank. Maar we hebben besloten geen van allen te doen. Het is goed zoals het is en als we toch iets anders willen, dan proberen we zoveel mogelijk tweedehands te fiksen.”
Henk: “Ja, de coronacrisis heeft mij ook geleerd even stil te staan. Ook letterlijk. Niet meer in de trein naar kantoor, niet meer in de auto naar een opdrachtgever. Online is de default geworden. In het begin dacht ik dat mijn nieuwsgierigheid en creativiteit eronder zou leiden. Als je niet meer op andere plekken komt, mensen niet meer in levende lijve ontmoet en de wereld alleen via je scherm tot je komt, ben je dan nog wel in staat je omgeving goed te begrijpen? Goed kijken en luisteren vraagt immer dat je eropuit gaat. In coronatijd is dat steeds bewuste keuze. Misschien nog wel een mooiere manier om je nieuwsgierigheid wakker te houden.”
Het jaar 2042, over 21 jaar
Linn: “Ik hoop dat over 21 jaar het klimaat geen schurend vraagstuk meer is van dit formaat. Dan ben ik 52 jaar. Ik kan me er nog helemaal niks bij voorstellen. Wat houdt me dan bezig? Misschien mijn dochter die tegen die tijd op stap gaat? Wat zijn de schurende vraagstukken die jou bezighouden, Henk?”
Henk: “Oei! Dan ben ik 72! Daar wil ik nog helemaal niet aan denken. Ik hoop gezond te zijn en fysiek nog net zo actief als nu. Ik hoop dat ik mijn kennis en ervaring heb mogen doorgeven aan de volgende generatie: mijn kinderen en ook aan de maatschappers die er dan zijn.”